De (solo)carrière en populaire nummers van Robbie Williams

Robbie Williams werd op 13 februari 1974 geboren in de stad Stoke-on-Trent in Engeland. Zijn carrière begon al op 16-jarige leeftijd toen hij deel uitmaakte van de razend populaire Britse boyband Take That. Deze groep scoorde uiteindelijk acht nummer 1-hits in Groot-Brittannië. In 1995 besloot Robbie de groep te verlaten. Dat wekte verbazing op, gezien de toen immense populariteit van de band. Er wordt gesuggereerd dat de zanger moeite had om de zogezegde ‘schone’ levensstijl te hanteren, waarna het gezelschap brouilleerde. In 2010 werd hij weer kortstondig lid van de band.

Vanaf dat moment focuste Robbie zich op zijn solocarrière, hoewel hij ook gebukt ging onder diverse verslavingen. Het solosucces leek in eerste instantie wat te stagneren, totdat de single Angels in 1997 werd uitgebracht. Dat nummer werd in 2005 door de Engelsen uitgeroepen tot beste lied van de afgelopen 25 jaar. Na een paar succesvolle albums uitgebracht te hebben, lanceerde Robbie in 2002 het nummer Feel, wat zijn carrière opnieuw nieuw elan gaf. Sindsdien is hij niet meer weg te denken uit de mondiale hitlijsten.

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Robbie Williams (@robbiewilliams)

Zijn roemruchte leven heeft geleid tot een heuse documentaireserie op Netflix, welke vanaf vandaag (8 november 2023) te zien is. In de serie neemt Robbie Williams ons mee in een reis langs zijn 25 jaar solocarrière en blikt hij terug op zijn verleden.

Wat is het vermogen van de Britse zanger?

Van al dat succes heeft de markante Brit maximaal de vruchten geworpen. Volgens de laatste cijfers heeft hij momenteel een geschat vermogen van zo’n $ 300 miljoen. Een logisch gevolg als je jaarlijks voor zoveel mensen optreedt. Daarbij komt kijken dat een kaartje voor een concert van Robbie Williams vaak al gauw tussen de € 150 en € 300 kost. Een privé-optreden van de zanger boeken kost ook miljoenen, dus dat zal je niet zomaar doen. Afgelopen februari trad Robbie Williams nog op in de Ziggo Dome in Amsterdam.