The Hateful Eight: Quentin Tarantino in topvorm
De film The Hateful Eight kent een bijzondere ontstaansgeschiedenis. In dat opzicht is het ook niet de film die je van Tarantino mag verwachten. Voor het begin moeten we even terugschakelen naar 2014. In Los Angeles treedt de regisseur zelf op, samen met een aantal acteurs. Hij speelt een scene in een uitverkocht theater als onderdeel van een benefietvoorstelling. De reactie van het publiek was duidelijk: men reageerde zeer enthousiast. Deze ontvangst was voor de meester het signaal om het verhaal om te zetten in een film en voilá, The Hateful Eight was geboren.
De opdracht
The Hateful Eight begint goed. Premiejager John Ruth (Kurt Russell) en Daisy (Jennifer Jason Leigh) rijden naar Red Rock. De enorm racistische Daisy zal daar volgens plan terecht gesteld worden. Een ouderwetse ophanging dus. Tot zover niks aan de hand. Het hele verhaal krijgt een interessante wending op het moment dat ze een donkere ex-majoor en tegenwoordig premiejager ontmoeten. De premiejager, Marquis Warren (gespeeld door Samuel L. Jackson) zorgt voor voldoende verbaal vuurwerk op weg naar Red Rock. Nog leuker wordt het als Chris Mannix (Walton Goggings) wordt opgepikt. Deze zuiderling beweert de nieuwe sherrif te zijn.
Als het viertal verder reist, maakt een sneeuwstorm het onmogelijk om verder te reizen. Dan maar overnachten in Minnie’s Haberdashery. Het blijkt een herberg te zijn met nogal wat bedenkelijke gasten. Een bont gezelschap met onder andere generaal Sandy Smithers (Bruce Dern), de flamboyante Oswaldo Mobray (Tim Roth), de cowboy Joe Gage (Michael Madsen) en de Mexicaanse opzichter Bob (Demián Bichir). Al snel verandert de sfeer en zien we een ouderwets western tafereel. De gasten worden stuk voor stuk overhoop geschoten zodat de overlevingsstrijd nu echt is begonnen.
Ennio Morricone
Voor de liefhebbers van het werk van de meester zal The Hateful Eight een aangename ervaring zijn. Tarantino maakt uiteraard zelden films van 90 minuten en ook deze productie is met een speelduur van ruim drie uur niet echt kort. Het wordt dus een lange zit. Tegen zo’n lange film hoef je overigens niet op te kijken: de regisseur houdt de dialogen scherp en humoristisch, bovendien is de muziek gecomponeerd door een van de allergrootsten, namelijk Ennio Morricone. Groot voordeel is uiteraard de kwaliteit van de cast en de keuze van Tarantino om de film gedeeltelijk te draaien in Ultra Panavision 70 mm. Dit resulteert in heerlijk brede shots van de besneeuwde landschappen.