Arthur Leclerc: in de schaduw van buitengewoon getalenteerde broer Charles?

Het is een groot voordeel om de juiste connecties te hebben. Ook in de racerij gaat het niet zozeer om wat je weet, maar wie je kent. Het opent deuren die leiden tot kansen. Kansen waar menig ander coureur enkel van kan dromen. In een sport waar niet enkel geld en de connecties het woord doen, maar de resultaten boekdelen spreken: in de voetsporen treden van je buitengewone broer komt ook met nadelen. Een gegeven dat ook voor Arthur Leclerc geldt.

 

De directe vergelijking is nooit ver weg. In het geval van Arthur en zijn oudere broer… de eerstgenoemde komt van uitstekende huize, maar moet nu al ontzettend grote schoenen vullen. Charles heeft niet stilgezeten. 

Zo won de Ferrari-coureur (Arthur volgt Charles Leclerc op als Ferrari Academy-junior) tussen 2009 en 2013 maar liefst acht titels in uiteenlopende kartcompetities. Hij deed dat op regionaal niveau (net als zijn broertje) – maar ook op Europees en internationaal niveau (bekwamer). Charles werd wereldkampioen karten bijvoorbeeld. 

Arthur werd in 2014 eerste in een nationale, Franse competitie voor de leeftijd 11-15. In het jaar daarop werd hij tweede in een andere regionale competitie, maar het staat qua resultaten en opgedane ervaring in contrast met Charles. Het niveau in Frankrijk ligt relatief hoog weliswaar, het is wel nog steeds een flink aantal treden van internationaal topniveau verwijderd.

Successen in de Formule 2 en Formule 3 essentieel voor jongere Leclerc

Want eerlijk. Soortgelijke successen als Charles emuleren blijkt nu al een onmogelijke opgave voor de 21-jarige Arthur. Charles is niet het type coureur dat een jaar nodig heeft om te wennen (winnen). De oudere Leclerc verzegelde in zijn debuutjaar de GP3- (Formule 3) én de Formule 2-titel. Een koud kunstje dat geldt als een visitekaartje voor topteams, zoals bijvoorbeeld George Russell bewezen heeft als de toekomstige topper van het Mercedes-team.

Nee, Arthur moet het doen met best behoorlijke, maar niet buitengewone resultaten. De jongere Leclerc won in 2022 het Aziatische Formule kampioenschap. Het is een tussendoortje voor hongerige junioren uit Europa. Zodra de koude winter aanbreekt hier – Europa als bakermat van de racerij – dan worden activiteiten verplaatst naar warmere regionen. 

Op Europees niveau is het beeld gelijk: nette scores, maar niets schokkends. In 2019 werd Arthur bijvoorbeeld derde in het Formule 4-kampioenschap. Het regionale, Europese Formule-kampioenschap van 2020 (een ontbonden tegenhanger van F3) gaat gepaard met een tweede plek in de eindstand voor Arthur samen met het team van Prema.

Het debuutjaar in de F3 pakte anders uit voor Arthur. Hij won wel twee sprintraces, maar eindigde het jaar als tiende met 79 punten. Ook Arthur komt momenteel uit namens Prema – het topteam waarmee zijn broer wel kampioen werd. In het huidige F3-seizoen staat Arthur Leclerc tweede op het moment van schrijven met drie uit vier punten finishes en een tweede plek. 

Arthur Leclerc moet schikken of zijn eigen pad bewandelen

Onderaan de streep moet Athur vooral blijven werken aan zijn consistentie. Het is de doorslaggevende factor die zijn broer meerdere titels bracht. De snelheid van de jongere Leclerc lijkt daarentegen voldoende als je kijkt naar zijn resultaten zonder direct de vergelijking te maken. 

Of het genoeg is voor de koningsklasse vooralsnog? Hij heeft zijn naam mee én tegen. Met een titel in de Formule 3 en mogelijk ook Formule 2 is veel mogelijk mits je over de juiste connecties en budget beschikt. Maar zelfs als hij daarin succesvol is, zal de vergelijking met de dominante opmars van bij de Ferrari rijdende Charles nooit ver weg zijn.