Scheve verdeling tussen vraag en aanbod

Hoewel er halverwege vorig jaar een einde leek te komen aan de stevige toename van prijzen op de huizenmarkt, gaat de gemiddelde huizenprijs van een koopwoning in Nederland begin 2024 weer flink omhoog. Natuurlijk valt dat te verklaren aan de hand van de scheve verdeling tussen vraag en aanbod. Het komt erop neer dat het verkopen van een huis een eitje is, terwijl het aankopen van een huis bijna onmogelijk is wegens de enorme belangstelling. Kopers blijken over het algemeen ook meer te kunnen betalen voor een woning. Zo is er een stijging te zien in het bedrag dat huizenkopers lenen bij de bank. Door dit ruimere budget worden de prijzen van woningen uiteraard naar boven aangepast.

Prijstoename van 44.000 euro binnen één jaar tijd

Goed, om de prijsstijging concreet in beeld te brengen is het van belang om de gemiddelde prijs van een woning in Nederland in september vorig jaar te vergelijken met de prijzen van september 2024. In 2023 kostte een huis gemiddeld zo’n 422.200 euro, terwijl het anno 2024 om een bedrag gaat van bijna 467.000. Er is dus sprake van een prijstoename van dik 44.000 binnen één jaar tijd. Voor mensen die hun centen hebben belegd in stenen is dat natuurlijk geweldig nieuws. Zij zien hun investering aanzienlijk groeien, waar huizenkopers vermoedelijk iets minder blij mee zullen zijn.

In Utrecht namen de huizenprijzen het meest toe

Opmerkelijk is vooral de stijging van de gemiddelde huizenprijzen in de stad Utrecht. Binnen één jaar tijd was er namelijk sprake van een toename van maar liefst 18,4%. De plaats waar de gemiddelde huizenprijs op dit moment het hoogste ligt is Bloemendaal. Daar ligt het gemiddelde zelfs ver boven een miljoen euro. Ondanks de stijging blijven er echter genoeg plaatsen over waar het best betaalbaar is om een woning aan te schaffen. Denk bijvoorbeeld aan steden als Kerkrade, Den Helder en Heerlen. Dankzij deze woningen werd de immense landelijke stijging van bijna 11,5% nog enigszins in toom gehouden.